Station Willemspoort Amsterdam deel 1


Station Amsterdam Willemspoort is het eerste stenen station van Amsterdam (niet te verwarren met Station Willemspark), en is de hoofdrolspeler in mijn breedspoorproject over de eerste spoorlijn van Nederland. Het project is gesitueerd in het jaar 1845 als in opdracht van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij de eerst telegraaflijn wordt aangelegd tussen de diverse stations langs deze spoorlijn.

Als De Arend op 20 september 1839 haar wielen gestaag over de rails laat rollen en zo, onder veel feestgedruis, met de eerste trein van Amsterdam naar Haarlem vertrekt vanaf het houten (nood)station d'Eenhonderd Roe, liggen de plannen voor een stenen gebouw reeds klaar.
Het houten gebouw stond ten westen van de Haarlemmerpoort, op de plaats waar later de Westergasfabriek zou verrijzen. Dit station lag net buiten de grens van de stad Amsterdam op het grondgebied van de gemeente Sloten, op honderd roe (ongeveer vierhonderd meter) van de stadsgrens.
Nadat de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij al eerder met de stad Amsterdam overeenstemming had bereikt over de bouw van een permanent stenen gebouw, kon in 1842 het eigenlijke vertrekpunt tegenover de in 1840 gebouwde nieuwe Haarlemmerpoort (Willemspoort) in gebruik worden genomen.
De poort werd in de volksmond de Willemspoort genoemd omdat Koning Willem III daar tijdens de openingsfestiviteiten zijn intrede deed.
Het was dus logisch dat het station daarnaar werd vernoemd.
Het stationsgebouw kwam gereed in 1842 en was net binnen de stadsgrens van Amsterdam geplaatst. Later is op die locatie het Westerpark ingericht.

Het gebouw was opgetrokken in neoclassicistische stijl, waardoor het nogal pompeus over kwam.
Over de architect van dit gebouw bestaat wat onenigheid. Er doemen twee namen op: F.W. Conrad (1800-1869) en Cornelis Outshoorn (1812-1875).
Beide heren zijn direct betrokken bij de oprichting van de eerste spoorlijn. Beiden zijn ingenieur en zeker in staat zo'n stationsgebouw te ontwerpen.
Het gebouw is een kopstation, en bestaat uit een halfrond hoofdgebouw met aan beide zijden een vleugel. Aan de voorzijde heeft het een vestibule met bordes.
Het fronton bevat een uurwerk en wordt gedragen door een achttal pilaren.
Het emplacement wordt aan de kopse kant omvat door het half ronde hoofdgebouw, en aan de lange zijden ingesloten door een lange muur met reizigersperrons. De perrons zijn over de gehele lengte overdekt. Aan het einde van de beide muren twee dezelfde eindgebouwtjes.
De drie sporen zijn door zgn. draaiplaten met elkaar verbonden zodat goederenwagons via het haaks liggende spoor naar de goederenloods konden worden geduwd.

Station Willemspoort was het nulpunt van de kilometertelling van de spoorlijn van Amsterdam naar Rotterdam: de Oude Lijn.
Na de omlegging van de spoorlijn ten noorden van station Willemspoort in de richting van het latere Centraal Station kwam het nulpunt even ten westen van de spoorbrug over het Westerkanaal te liggen.

Station Willemspoort sluit in oktober 1878 haar poorten.

In dit artikel wil ik u een rondleiding geven in het bouwproces van dit prachtige gebouw.



Bron: TU Delft.

Dit is mijn uitgangspunt. Dit is het sporenplan en een plattegrond van het gebouw. Heel goed is de insluiting van de sporen te zien. Ook zijn de kleine draaiplaten te zien waarmee de goederenwagens werden verplaatst naar de goederenloods. En dan te bedenken dat dit in de breedspoortijd allemaal met de hand werd gedraaid en geduwd.

Bron: Het Utrechts Archief.

Deze gravure laat heel goed zien hoe pompeus het gebouw overkomt. Bovendien zien we hier ook de nodige details. Let maar eens op de fronton.

Daar zien we dat er in het midden een groot beeldhouwwerk is geplaatst, geflankeerd door twee liggende leeuwen op de hoeken.

Bron: TU Delft

Het sporenplan van de eerste afbeelding is op de computer vergroot naar een afbeelding op schaal 1:87. Dit werd mogelijk met de wetenschap dat de spoorwijdte bij breedspoor in schaal dan uitkomt op 22,5 mm.

Tegelijkertijd levert dit dan een plattgrond die op schaal is, en daarmee kon deze tekening eveneens op schaal worden gebracht.

Hierdoor is het dus een werktekening geworden.

Het gebruikte materiaal is styreenplaat van 0,5 mm. Ik heb ze gekocht als grote vellen die ik zelf in handzame afmetingen heb gesneden.

Deze dikte is heel prettig om mee te werken. Bijna alle profielen die ik in dit project nodig had, zijn uit dit materiaal gesneden. Zelfs het 0,5 x 0,5 mm profiel.

Om te beginnen zijn hier de basisplaten voor het hoofdgebouw  gesneden.

De openingen voor de deuren en ramen zijn er al uit gehaald.

Nu nemen we een vel styreen, metalen liniaal en een fijn driehoekig vijltje. Hiermee heb ik telkens op een afstand van 10 mm langs de liniaal een groef gefreest met het vijltje.  Vervolgens heb ik op een snijmachine dwars op de aangebrachte groeven stroken van vier mm gesneden. Deze stroken zijn daarna in halfsteens verband op de wanden gelijmd. Na droging zijn van binnenuit de raam- en deurpartijen er uit gesneden. 

Op een rechte plank zijn met kleine spijkers de contouren van het gebouw uitgezet. Binnen deze contouren zijn de wanden en de bodemplaat vast gezet. Met lijmklemmen en iets zwaars word alles op zijn plaats gehouden en voorzichtig ingelijmd. Na droging ziet het er uit als op de volgende foto.

Al heel duidelijk een herkenbare vorm. 

Nu kunnen we beginnen met de deur- en raampartijen. De stijlen zijn bij het grote voorbeeld gemaakt van steen. Ik heb dit gemaakt uit een vel 0,5 mm gesneden profielen en laagsgewijs verlijmd. De elementen bij de deuren zijn samengesteld uit een tweetal ronde, en een vierkant profiel. Met een figuurzaagje is in een mal telkens dezelfde lengte afgezaagd.

Vervolgens zijn de deuren en de ramen vorm gegeven en in kleur gebracht. Onder de ramen zijn blauw-grijze granietachtige platen aangebracht.

Op de ronde muren aan de voorzijde en boven de deuren in het bordes zitten versieringen. Deze heb ik in de computer getekend en op schaal uitgeprint.

Met een profiel van 1 x 0,5 mm heb ik al deze kleine stukjes afgetekend, op maat gesneden en er op gelijmd. Juist ja, in die volgorde. Hier ben ik wel een paar dagen mee bezig geweest. Na droging heb ik ze ruim uitgesneden en op een stukje 0,25 mm styreen gelijmd. Op de juist maat gesneden en geplaatst.

De versieringen op de schijnmuur bestaan uit imitatie ramen en imitatie uiteinden van draagbalken. Een clublid, die architect is, kon mij vertellen dat men in die tijd nog niet wist hoe platte daken te maken. Er werd dus een puntdak gemaakt. En dat dak werd vervolgens verstopt achter een muur. Van de grond af gezien leek het dus net een plat dak. En dat geeft nu die pompeuze  indruk.

Het maken was niet zo moeilijk. Met wat ronde houtjes en een sjabloon kon ik met 0,3 mm styreen redelijk snel de ronde onderdelen op maat maken voor de imitatieramen. Met twee verschillende ronde profielen kon ik gemakkelijk de balkuiteinden maken. Dat was dus de twee profielen op elkaar lijmen en met een figuurzaag en een mal op maat zagen. Hier had ik er wel 175 van nodig. Ook moesten ze er nog op gelijmd worden.
Bij gebrek aan een klooster in de buurt was ik genoodzaakt om dit monnikenklusje zelf te doen. Heeft mij eveneens dagen gekost.

Maar het resultaat mag er wezen.

De pilaren die de fronton dragen zijn gemaakt van 0,4 mm styreen die om de steel van een kwast hun juiste vorm hebben gekregen. De lijmnaad zit aan de achterkant van de pilaar en is niet te zien. Om een geribbeld oppervlak te verkrijgen heb ik eerst het materiaal met een embossing pen en liniaal bewerkt. Door in de pilaren een plastic ringetje te lijmen is wat stevigheid verkregen.

Ze zitten nog niet vast. Er moet nog heel wat gebeuren in het bordes. De deuren moeten er nog in, ook de lampen moeten nog opgehangen en aangesloten worden en het geheel moet nog op kleur gebracht worden.

De fronton bezit een prachtig gebeeldhouwde versiering met uurwerk. Dit is samengesteld uit verschillende elementen die op de computer zijn bewerkt en samengevoegd tot een geheel. De klok en de beelden zijn de afzonderlijke elementen. De driehoek is uitgerekt om de gekrulde achtergrond in overeenstemming te brengen met de fronton. Het uurwerk is er een uit een oud horloge.

Het dak van de fronton kan worden verwijderd om de batterij te verwisselen. De aan- en uit knop is weggewerkt in het beeldhouwwerk.

De uitgerekte krullen in de achtergrond passen nu goed bij de liggende figuren.

De leeuwen op de hoeken van de fronton zijn van Preisser. Het waren zittende circus leeuwen. Dus deze moesten voorzichtig ontleed, en weer opnieuw met lijm en plamuur liggend worden gemaakt. Ik ben daar gelukkig goed in geslaagd. Op de totaalshot aan het eind van dit artikel is dat goed te zien. Ik was overigens erg blij dat de afmeting van de figuurtjes precies goed was.

Reageer

comments powered by Disqus

Vergelijkbaar